Grijze Roodstaart (Congo)

Latijnse naam: Psittacidae erithacus Nederlandse naam: Grijze Roodstaart (Congo) Land van herkomst: Midden- en west-Afrika Grootte: 33-40 cm Gewicht: 400-500 gram Leeftijd: 70 jaar en ouder. Ringmaat: 11 mm.

Kleur man: De algemene lichaamskleur is bleek- tot donkergrijs. Rond het oog is de huid witachtig en niet bevederd. De stuit is grijswit. De boven- en onderstaartveren hebben de voor deze soort zo kenmerkende rode kleur. De ogen zijn licht tot fel geel, de snavel is zwart en de poten zijn donkergrijs.

Kleur vrouw: De algemene lichaamskleur is bleek- tot donkergrijs. Rond het oog is de huid witachtig en niet bevederd. De stuit is grijswit. De bovenste en onderste staartveren hebben de voor deze soort zo kenmerkende rode kleur. De ogen zijn licht tot fel geel, de snavel is zwart en de poten zijn donkergrijs. Verschil man en vrouw: De dieren lijken zo veel op elkaar da het in de regel het beste is om de beide dieren te laten sexen door middel van endoscopisch of door DNA-onderzoek. Onze voorkeur gaat uit naar DNA-onderzoek. Hierbij hoeft alleen maar een paar veren opgestuurd te worden voor onderzoek.

Voliere: Grote 4 meter lang x 5 meter breed x 3 meter hoog. De gaasdikte is 2.45. Gewoon parkieten gaas kunnen ze doorheen bijten. Wij geven dieren graag de ruimte. Ze zijn winterhard en blijven het gehele jaar buiten in de voliere. Deze is deels afgeschermd door transparante platen. Takken op diverse hoogten. Deze takken zullen regelmatig moeten worden vernieuwd daar ze al het houtwerk kapot knagen.

Kweek: Grijze roodstaartpapegaaien zijn op een leeftijd van 4 tot 5 jaar geslachtsrijp. De dieren kunnen het hele jaar jongen grootbrengen als ze binnen worden gehouden. In een buitenvolière beperkt dit zich meetal tot het voorjaar en de zomer. Gemiddeld legt de pop 2 tot 4 witte eieren, die met tussenpozen van 2 tot 3 dagen worden gelegd. De eieren worden alleen door de pop bebroed. De grote van een nestkast is ten minste van ongeveer 30 cm en een hoogte van ca 60 cm diepte en een invlieggat van ca. 10 cm. Op de boden een laag zaagsel. Het eerste ei komt uit na ca 30 dagen. Ieder volgend ei zit ca twee dagen tussen. Gedurende de tijd dat de pop zit te broeden wordt ze, veelal via het invlieggat, door de man gevoerd. De jongen zijn bij hun geboorte bedekt met een heel dun laagje wittig dons. De roze huidskleur is dan ook gemakkelijk door dit dunne dons te zien. Tot ongeveer de 10e dag worden de jongen door de pop gevoerd, daarna helpt ook de man mee de jongen te voeren. De ogen van de jongen gaan tussen de 10e en de 14e dag open. Na ca. 20 dagen komen de eerste grijze veren aan de vleugels door. Rond dit tijdstip moeten de jongen ook geringd worden. Na ca. 40 dagen worden de rode staartveren zichtbaar. Na ruim 9 weken hebben de jongen het volledige verenpak. Tussen de 90 en 100 dagen verlaten de jongen het nest. Ongeveer 30 dagen later kunnen de jongen bij de oudervogels worden weggehaald.

Behuizing: Buitenvolière. Liefst vorstvrij of deels afgedekt.

Temp/ Luchtvochtigheid: Winterhard.

Voeding: Bestaat uit een goede zaadmengeling voor papegaaien, onkruidzaden, fruit en vruchten.